Raad van State laat vergunning voor biomassacentrale van leghennenbedrijf in stand
De Raad van State is met de rechtbank eens dat het bestemmingplan de mestverwerking wel toestaat. De mestverwerking vloeit namelijk voort uit de agrarische bedrijfsvoering van het bedrijf. De pluimveehouder heeft toegelicht dat het houden van pluimvee de enige activiteit van de inrichting is.
Het bedrijf heeft geen grond waarop de mest kan worden uitgereden. Een deel van de mest wordt daarom getransporteerd naar een monovergister. Ook wordt een deel van de mest afgezet aan boomtelers. Een klein deel van de mest wordt geëxporteerd. De verwerking van mest bestaat uit het drogen en korrelen. Het vocht wordt uit de mest getrokken om het transport naar derden te vergemakkelijken.
Meer details zijn te vinden in de uitspraak van de Raad van State.