Grass Technology produceert ook mesttanks voor drijfmest

In de as onder de 12.000 liter-tank zit een soort brug die ervoor zorgt dat de ronding van de tank dicht op de grond zit. Dit geeft dankzij de grote banden verder geen problemen met de bodemvrijheid. Standaard levert de Ierse fabrikant 800/65 R32-banden – 900-banden zijn ook een optie. De tank blijft dan net binnen de 3 meter.

Het lage zwaartepunt de stabiliteit op smalle wegen en maakt snel bochtenwerk tijdens transport mogelijk. Dit komt ook door de kort opgebouwde bemester en de twee dikke spiraalveren die als disselvering fungeren. Aan de disselvering is ook de last-afhankelijke remkrachtregeling gekoppeld. Hoe verder de veren worden ingedrukt, hoe harder de tank remt.

In de tank zijn twee klotsschotten en twee rondgewalste u-profielen gelast die voorkomen dat de tank kan worden platgezogen. De Grass Technology GT2450 is standaard uitgerust met een Battioni-vacuümpomp van 13.500 liter. Een hydraulische cilinder verschuift de klep van vacuüm naar druk en weer terug. Deze cilinder zit op een volgorde-ventiel van de optionele 8” zuigarm met een dockingstation. Als de zuigarm niet gebruikt wordt, dan zorgt de kogelkraan ervoor dat er geschakeld kan worden tussen vacuüm of druk.

De tank wordt vaak in combinatie met een sleepvoetbemester verkocht. In Nederland moet bij dit systeem aan de mest minstens 30% water worden toegevoegd. De bemester is zo ontworpen dat er ook via de achterkant gepompt kan worden. Opvallend zijn de naar verhouding vrij vlak liggende uitlopers en voetjes van de bemester. De mest spat niet op tijdens het bemesten. 

De bemester weegt 750 kilo en zit kort achter de tank gebouwd. Dit zorgt voor voldoende druk bij zowel een volle als een lege tank. De verdeler komt van de Nederlandse fabrikant Alrena en heeft 30 uitlopen. Voor de Nederlandse markt wordt de bemester met een rijafstand van 20 centimeter geleverd en een werkbreedte van 6 meter.

De tank wordt bediend met de driedubbelwerkende ventielen: bemester in- en uitklappen, zuigarm. En de laatste functie is een combinatie van heffen en zakken van de bemester en de verdeelmolen. Achter op de tank zit een elektrisch magneetventiel.

De chauffeur kiest via een schakelaar in de cabine voor verdeelmolen, of heffen en zakken van de bemester. Op het moment dat de verdeelmolen wordt uitgeschakeld, loopt de laatste relatief dunne mest uit de slangen en wordt de bemester geheven. Naast het schakelen tussen verdeelmolen of heffen en zakken van de bemester wordt ook de werkverlichting op het kastje ingeschakeld.