Prof. Rudy Rabbinge pleit voor de afrekenbare stoffenbalans

De commissie Remkes adviseerde het introduceren van een afrekenbare stoffenbalans. Belasten van overmatige stikstofuitstoot op bedrijfsniveau is voor iedere agrariër een financiële prikkel om die uitstoot te verlagen. Het verleden heeft laten zien dat zo’n regulerende heffing een forse bijdrage levert aan het terugdringen van de ammoniakuitstoot. Relatief lage heffingen hebben hierbij al grote effecten. Prof. dr. ir. Rudy Rabbinge, lid van de commissie Remkes, vindt daarom dat de afrekenbare stoffenbalans veel meer aandacht verdient. "Bezwaren zoals destijds voor het afschaffen van MINAS zijn niet meer geldig."
Dankzij de mineralenbalans van individuele bedrijven, is de uitstoot van stikstof en andere mineralen vrij precies meetbaar. Door het stikstofoverschot te beprijzen wordt het voor een agrariër aantrekkelijk om op zijn bedrijf de stikstofoverschotten te laten dalen en zodoende weinig heffing te betalen. Uit het advies van de Commissie Remkes blijkt dat de landbouw in de periode tussen 1990 en 2005 de stikstofemissies met meer dan 60% reduceerde. Dit kwam waarschijnlijk vooral door de invoering van het MINAS.

Argumenten afschaffen MINAS niet meer geldig
In 2006 is het MINAS door de invoering van een nieuw mestbeleid afgeschaft en vervangen door een stelsel op basis van generieke gebruiksnormen. De uitstoot van mineralen werden dus niet langer op bedrijfsniveau vastgesteld en belast. Politieke weerstand in de Tweede Kamer en fraudegevoeligheid waren daarvoor de belangrijkste argumenten.
De reductie van ammoniakemissie vanuit de landbouw stagneerde direct en agrariërs maakten hardhandig kennis met het alternatief. Middelvoorschriften, zoals van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS), zijn sinds 2015 als een lawine over de bedrijven uitgestort en vormen een grote belasting voor agrariërs, terwijl ze uiteindelijk niets op leveren.

Legio voordelen
Inmiddels lijken de aanvankelijke bezwaren tegen het MINAS verdwenen. Terecht, de voordelen zijn legio. Zoals gezegd leiden relatief lage heffingen op overschotten al tot gedragsveranderingen die gunstig zijn voor het milieu. Met regulerende heffingen kan de overheid ook sturen op de stikstofuitstoot door de normen op overschotten na verloop van tijd aan te scherpen.

De heffingen komen terecht bij bedrijven die boven de norm van de afrekenbare stoffenbalans uitkomen. Dit stimuleert bedrijven om uitstoot te beperken. De handhaafbaarheid kan worden geborgd door de balans bij te houden op zowel perceels-, hectare- als bedrijfsniveau. Naast dit dubbele slot kunnen we de emissies tegenwoordig ook via metingen controleren. De uitvoeringslasten kunnen hierdoor laag blijven.

Trendbreuk nodig
De huidige Stikstofwet zal niet voldoende zijn om de stikstofproblematiek op te lossen. Het risico is groot dat het land op slot gaat, juist als we uit de coronacrisis gaan komen. Rabbinge hoopt daarom op een trendbreuk met de dure en ondoelmatige middelvoorschriften.
Rabbinge besluit zijn pleidooi: “Pak de trend van substantiële vermindering van stikstofoverschotten van de jaren negentig weer op! Introduceer de afrekenbare mineralenbalans!”
Prof. Rudy Rabbinge pleit voor de afrekenbare stoffenbalans
Bron: Vork
Publicatie: 14-05-2021